191 moeders verdeeld over Vlaanderen, Wallonië en Brussel hebben ermee ingestemd aan dit project deel te nemen en hebben daartoe een toestemmingsformulier ondertekend, een korte vragenlijst ingevuld en een staaltje borstvoeding van 50 milliliter bezorgd.
De verzameling van de moedermelk en voor de begeleiding van de moeders, gebeurde voor Vlaanderen door het Provinciaal Instituut voor Hygiëne (PIH) van Antwerpen en voor Wallonië en Brussel door het Institut Provincial d'Hygiène et de Bactériologie van Henegouwen (IPHB) in Bergen.
De analyse van de stalen en voor de wetenschappelijke begeleiding gebeurden door het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) in Brussel en de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) in Geel die de resultaten in een eindrapport heeft verwerkt.
Dit project werd mogelijk gemaakt dankzij de medewerking van Kind en Gezin, het ONE en de kraamklinieken. Zij hadden een belangrijke rol bij het het vinden van donors.
Er werd een ethisch advies gevraagd vóór de uitvoering van dit project. Tijdens de gehele duur van het project werd de nadruk gelegd op de bevordering van borstvoeding. De Wereldgezondheidsorganisatie heeft een grondige evaluatie gemaakt van de voordelen van borstvoeding voor de gezondheid van baby’s, alsook van de mogelijke gevolgen van moedermelk die door polluenten is besmet. Zij komt tot de conclusie dat borstvoeding sterk aanbevolen is. Meer informatie is terug te vinden in de Folder Borstvoeding van het Federaal Borstvoedingscomité, alsook in de Frequently asked questions die door de niet-gouvernementele organisatie “Environment and Health Alliance” werden geïdentificeerd.